Als je begint met bakken, dan wil je natuurlijk een luchtige cake voorschotelen aan je bezoek en niet een vast en compact hoopje. Deze lucht krijg je op verschillende manieren in je baksel. Bijvoorbeeld door eieren heel luchtig te kloppen en door een rijsmiddel toe te voegen. Er bestaan drie verschillende soorten rijsmiddelen: bakpoeder, baking soda en gist. Nu snap ik dat het je begint te duizelen, want wanneer gebruik je welke, wat doet het en hoe gebruik je het dan? Het verschil tussen bakpoeder, baking soda en gist ga ik je uitleggen in deze blog!
Deze blogpost bevat affiliate links. Dit zijn links naar websites. Als je hier op klikt en iets koopt, ontvang ik een heel klein bedrag van de aankoopwaarde, zonder dat dit jou iets extra’s kost.
Bakpoeder
De bekendste van de rijsmiddelen is bakpoeder. Bakpoeder is een combinatie van baking soda en een zuur ingrediënt, vaak wijnsteen. In Engelse recepten kun je dit ook wel tegenkomen onder de naam ‘cream of tartar’. Het zure ingrediënt gaat reageren op de baking soda en dit geeft een soort scheikundige reactie waardoor er lucht in je baksel komt en het gaat rijzen. Omdat aan bakpoeder al een zuur ingrediënt is toegevoegd, kun je dit zo toevoegen aan je baksel. Je hoeft niet nog iets extra’s toe te voegen.
Let op: bakpoeder gebruik je in zoete baksels, je kunt hier geen broden mee bakken.
Baking soda
Baking soda is het stofje dat ook in bakpoeder zit, zoals hierboven aangegeven. Maar wat is baking soda nou precies? Het heeft een ingewikkelde scheikundige naam, namelijk Natriumwaterstofcarbonaat. Als je hier een zuur product aan toevoegt, krijg je een scheikundige reactie, waardoor je baksel gaat rijzen. Anders dan bij bakpoeder, moet je het zure product nog zelf toevoegen. Dit kan bijvoorbeeld wat citroensap zijn, maar ook yoghurt of zelfs chocolade zijn zuur genoeg om deze reactie te laten plaatsvinden.
Let op: bakpoeder gebruik je in zoete baksels, je kunt hier geen broden mee bakken.
Gist
Gist wordt gebruikt om broden te bakken. Er zijn drie soorten gist, versie gist, gedroogde gist en instant gist. Check altijd welke soort gist er in een recept wordt bedoeld, je kunt deze hoeveelheden namelijk niet een op een met elkaar vervangen. In dit brood verwerk je bijvoorbeeld instant gist.
Verse gist: Verse gist wordt voornamelijk door professionele bakkers gebruikt. Je mengt de verse gist eerst met warm water tot een papje en voegt het dan toe aan je andere ingrediënten. Je kunt verse gist maar 2 weken bewaren, daarom is het niet heel populair onder thuisbakkers, die bakken nou eenmaal niet zo vaak brood. In de meeste supermarkten kun je geen verse gist kopen. Hiervoor moet je naar een gespecialiseerde bakkerszaak.
Gedroogde gist: gedroogde gist wordt ook gemengd met handwarm water totdat het schuimt. Het voordeel van gedroogde gist is dat je dit langer kunt bewaren. Dit kun je in veel supermarkten kopen.
Instant gist: instant gist hoeft niet eerst te worden opgelost in warm water, dit kun je meteen toevoegen samen met de andere ingrediënten.
Let op: gist gebruik je voor broden en niet voor zoete baksels
Zelfrijzend bakmeel
Zelfrijzend bakmeel is bloem waar alvast bakpoeder aan is toegevoegd. En nu hoor ik je denken: ideaal, waarom gebruik je dan niet altijd zelfrijzend bakmeel? Dat komt omdat zelfrijzend bakmeel een vaste verhouding heeft tussen bloem en bakpoeder. In een pak zit 3% bakpoeder. Dit houdt in dat als je 100 gram zelfrijzend bakmeel hebt, hier 3 gram bakpoeder bij zit. Soms is dit niet genoeg om een baksel luchtig te krijgen en soms is dit misschien wel te veel. Hou dus altijd in de gaten of je het juiste gebruikt met de juiste rijsmiddelen!
